Een Gelijkblijvende ORV voordeliger dan een dalende ORV

Kwetsbaar bij wegvallen partner of ouder

De laatste tijd verschijnen er regelmatig artikelen waarin de toenemende kwetsbaarheid voor zowel huurders als zzp’ers uiteengezet wordt bij het wegvallen van een partner of ouder. 

Bij een hypotheek is dit onder andere afhankelijk van de vorm van de hypotheek die uw klant heeft. Waarbij het gebruikelijk, en misschien ook logisch of makkelijk, is om bij een annuïteitenhypotheek een annuïtair dalende ORV af te sluiten. Door hiervoor te kiezen kan een exact gewenst bedrag afgelost kan worden en daarmee de hypothecaire lasten geheel of gedeeltelijk komen te vervallen. Een zorg minder voor de nabestaanden.

Bij huurders en zzp’ers is de vorm kiezen lastiger. Toch wordt ook hier regelmatig gekozen voor een dalende ORV omdat in toekomst gerekend en op basis van het huidige inkomen- en uitgavenpatroon, waaronder bijvoorbeeld de maandelijkse huur, gekeken wordt wat jaarlijks nodig is om een bepaalde periode de lasten te kunnen betalen. Naarmate uw klant ouder wordt is er dan in principe ook minder kapitaal nodig bij overlijden.

Genoeg argumenten voor een gelijkblijvende ORV

Maar misschien is het advies voor een dalende ORV niet altijd even logisch. Misschien komt er gezinsuitbreiding. Of wellicht gaan uw klanten (dan) minder werken. Vanuit het verleden weten we dat de huur zeker zal stijgen. Al gaan we ervan uit dat ook het inkomen zal stijgen, toch is inflatie inmiddels een begrijpelijk onderwerp geworden voor veel consumenten.

Het is dus zo gek nog niet om een gelijkblijvende ORV op te nemen in uw advies als u dat niet al deed. Niet alleen in het licht van inflatie en veranderende omstandigheden, maar ook mogelijk bij een annuïtaire hypotheek om niet alleen uit te gaan van de hypothecaire lasten, maar ook met mogelijk extra uitgaven voor kinderopvang of minder inkomen door minder te gaan werken.

Zo zijn er genoeg argumenten te bedenken om een ‘overdekking’ te hebben met een ORV bij een hypotheek of om rekening te houden met stijgende kosten en uitgaven naar de toekomst toe voor de nabestaande. Dus overweeg ook eens een gelijkblijvende ORV. 

Overweeg ook eens een gelijkblijvende ORV met variabele premie

Is de premie ‘te hoog’ in vergelijking met een annuïtair dalende ORV? Denk dan eens aan een ORV tegen variabele premie. Met deze variant is de aanvangspremie substantieel lager dan een dalende ORV met gelijkblijvende premie. De premie stijgt jaarlijks, maar wel volgens een vaststaand schema. Bij een stijgend inkomen kan een stijgende premie goed passend zijn. En wordt de ORV voortijdig beëindigd, zoals in de meeste gevallen, dan heeft uw klant getotaliseerd meestal minder betaald dan bij een ORV met gelijkblijvende premie.